Inleiding
Een neurose is een duiding van een meer of minder ‘ziekelijke’ verstarring van gedrag. Als gevolg van angst voor het mogelijk ervaren van verdriet of ( ziele) pijn klampt het individu zich vast aan zich herhalend gedrag. Ondanks het intuïtief weten dat het gedrag hen gevangen houdt en voortgang verhinderd, klampt het individu zich vast dat gedrag ( ook gedachten – overtuigingen) Het loslaten van dit gedrag wekt herinneringen aan verdriet, pijn of de angst voor vernedering op.
Het kenmerkende van een neurose is dilemma. Het individu heeft een hyperverlangen, maar heeft tegelijkertijd een hyperangst het verlangde te omarmen. Het individu is verlangend naar liefde, maar wijst het tegelijk af omdat het zelf steeds afgewezen is geworden geweest. Waarmee een neurotisch individu chronisch hetzelfde, meer of minder destructieve, gedrag continu herhaalt. Het chronische dilemma wortelt in innerlijke drempels die een vrije sprong het leven in chronisch wegdrukken. Het zijn virtuele obstakels, doch onmiskenbaar in gevoel aanwezig, die het individu chronisch verhinderen te springen en in overgave aan de sprong genot te vinden in de vrije val.
De neurose vindt vaak grond in de vroege jeugdervaringen waar het onbevangen naar plezier, naar verbinding, naar geluk en genot uitreikende kind, door overbezorgde of door te strenge of door negerende ouders, chronisch gesmoord werd in zijn uitreiking naar het ontdekken van de weerstanden en geneugten van het leven. Of zich er totaal alleen voor voelde staan. Over bescherming maakt kinderen ernstig angstig voor het nieuwe. Over bescherming maakt kinderen machteloos en ontneemt hen moed. Als volwassenen kruipen ze snel in de slachtofferrol en bezitten ze knikkende knieën met pap in de benen.
Aandachtloosheid maakt kinderen als volwassene ‘einzelgängers’. Individuen die met zichzelf en voor zichzelf leven. En het leven zelf ter hand nemen en alles zelf oplossen. Het zijn ‘egoïstisch’ lijkende individuen die mogelijk licht autistische of narcistische trekken ontwikkelen. Waarmee het tevens ‘Einzelkämpfers’ kunnen worden. Met een hoog vermogen tot zelfredzaamheid, zelfhandhaving en zelf heling. Maar emotioneel niet of nauwelijks bereikbaar.
Het individu zonder aandacht (opgegroeid) kan ernstig gefrustreerd raken als het zich onvermogend voelt zichzelf te mogen zijn. Of als het zich belemmert voelt haar of zijn doelen en dromen te mogen/kunnen verwezelijken. De ontwikkeling van psychopatische trekken liggen dan op de loer. Het gefrustreerde individu gaat de ander (en) of de wereld aandoen wat hem aangedaan is of waarvan zij of hij meent dat haar of hem is aangedaan.

In onze overspannen doel bereikende op cognitie gerichte samenleving wordt welzijn en welbevinden verwart met het bezit van geld, materiële rijkdom en de macht van de hoogste positie op een virtuele ladder. Gevoelens van geluk zijn opgehangen geworden aan externe, vluchtige en vooral broze pronkstukken. Dit welzijn en welbevinden fenomeen creëert een samenleving van ernstig gehaaste en neurotisch jagende mensen.
Neurotisch jagenden die immer in ontevredenheid met het heden chronisch in angst leven tekort te komen, niets te bezitten, tussen wal en schip te geraken, niet mee te mogen doen, buiten de boot te vallen , achter het net te vissen en niet op waarde geschat te worden.
De overspannen doel bereikende massa en logo samenleving heeft hoofdige gehaast en koppige mensen gecreëerd die geregeerd worden door hun ego dat zich als hun verstand, als een calculerend beredenerende en afwegend wezen aan het individu presenteert. Het schept een individu met ernstig ontwijkende, bedriegende en manipulatieve vermogens. Het zijn de targets , de dictaten de doelen , de richtlijnen en hoge lat protocollen van hun ego dat hen in de greep heeft. En van de moderne mens een angstig, verstandelijk, berekenend, achterdochtig, verwaand wezen maakt. Gericht op bezit van positie, op bezit van controle en op bezit van pronkstukken. De samenleving dwingt chronisch tot sprinten , jagen, ontwikkelen en vernieuwen om de gewenste groei naar de hoogste positie en materiële rijkdom doen te faciliteren.
In de gehaaste op schuld gefundeerde samenleving wordt het individu gedwongen chronisch de lente in het lijf, de zomer in het hoofd en de takken in bloei te houden. Voor rust, reflectie, stilte en terugtrekking is geen ruimte. Het is waarom het individu chronisch op zoek is naar de extase van adrenaline en dopamine shots. Het neurotische individu heeft die vluchtige momenten van extase, opwinding en optilling nodig om haar of zijn ziel te sussen. Ze zijn verslaafd aan troost en wiegmomentjes. Het individu verwart ze met plezier, genot , erkenning, vervulling en zelfs met liefde. Ze zijn nodig om het individu overeind te houden en het idee te geven dat het leeft en alles uit het leven haalt wat er in zit. Omdat het gehaaste op cognitie gerichte leven als een waas aan hen voorbij trekt.
De neuroot heeft niet in de gaten dat zij of hij opgehangen is aan de protocollen, logo’s en de ideaalbeelden die de marketeers van van de industrie aan hen opdringt. Het is waarom alles dat stilte, vrede, diepgang en reflectie uitdraagt als saai, suf en stoffig ervaren wordt. Het is waarom nagenoeg alle vriendschappen en relaties snel, vluchtig, gehaast en oppervlakkig zijn. Waar hechting en broederschap en gevoelens van eenheid ontbreken. De neuroot kent echter een hyperverlangen naar warmte, diepte, broederschap en liefde, maar is er als gevolg van de angst voor pijn, verdriet, afwijzing of verlating tevens doodsbang voor.
“Als uitdrukking van troost zoekt de neurotische mens chronisch naar de vluchtige extase momenten van de adrenaline en de dopamine ‘shots’ . “
Ruud Elfers
De hyper verlangende is opgehanegen aan ‘niet durven’.
Egoïstisch-narcisme is een vorm van ‘asociaal’ eenzelvig gedrag gericht op verheerlijking van ‘het IK’. Psychopaten echter zijn meedogenloos en gaan voorbij aan alles en iedereen in hun driften macht en controle te willen bezitten. Gedrag dat zonder blikken of blozen, zonder wroeging een ander berooft van zijn visioenen van zijn intellectuele eigendom, van zijn geld, van zijn bezittingen of van zijn ziel.
Kinderen binnen te strenge kaders en regelgevingen opgevoed worden uiteindelijk rigide, kil, afstandelijk en volg de regels mensen. Het kan ook zijn dat zijn opvoedomgeving hem chronisch het gevoel opdrong niet gewenst te zijn. Of dat er chronisch aan hem en zijn behoeften voorbij werd gegaan. Kinderen die iets dergelijks overkomt gaan heftig verlangen naar dat wat ze niet gekregen hebben. Waarbij de hyperintentie dàt te willen bezitten tegelijkertijd hun grootste angst is. Ze willen zo graag ‘bemachtigen’, maar voelen zich machteloos het te grijpen. Met hyper verlangen naar controle en macht als resultaat.
Het gevolg van deze ( door de samenleving en angstige ouders) op de vingers getikte, gekaderde, genegeerde kinderen is een smoring van hun natuurlijke nieuwsgier, smoring van hun onbevangen uitreikendheid, smoring van hun naturelle optimisme, smoring van hun vermogen zichzelf hoog te ( mogen) achten, smoring van hun naturelle vermogen om warmte en liefde te kunnen ervaren. Met argwaan, afstandelijkheid, rigiditeit, op de tenen lopen en remming van de ontwikkeling van hun vrije ‘Eigenheid’ als resultaat.
Waarmee het kind meer of minder een ingesnoerd, gesloten en ‘bewegingloos’ en hyper verlangend en daarmee behoeftig individu wordt. De neurose is dan zichtbaar in het niet kunnen bereiken ( ontvangen) van het hyper verlangde omdat het individu er tegelijkertijd ernstig bang voor is. Met frustratie, boosheid controle- en machtsdriften of rigiditeit en depressie als enkele manifestaties daarvan.
De bewegingsloze ( volwassen) hyper verlangende behoeftige mens leeft in een continue dilemma tussen willen openen, uitreiken, in overgave springen, ontdekkend onderweg gaan en de dreiging van pijn. Die dreiging dwingt hem telkens weer zijn driftimpulsen te verstikken. Met verstarring van gedrag als resultaat. Het is zo iets als ‘proberen’ te leven. Het blijft steken in een poging te leven.
De hyper-verlangende in verstarring bewegingloze mens wil zo graag leven, maar durft niet het leven in te springen omdat hij de landing niet vertrouwt. In een heftig verlangen naar geluk, genot en willen ervaren van de gevoelens van extase en vrijheid van de sprong, blijft hij in een chronische angstige ‘freeze’ op de rotsrand staan.
Doodsheid is het kenmerkende van deze ‘freeze’. Waarvan chronische lusteloosheid, verveling, drang naar genotsmiddelen, een chronische zoektocht naar ‘zichzelf’ en chronische ‘pijntjes’, kwaaltjes en irritaties enkele expressies zijn.
In de moderne overspannen doel bereikende image logo en positie verwerf maatschappij staat het individu chronisch bloot een verleidingen en aan dreigingen zijn positie te verliezen, buiten de boot te vallen of de trein te missen. De samenleving eist een super flexibele geest en een zichzelf opzij zettend individu ten faveure van zgn. ‘hogere doelen’. Zijnde de belangen van anderen. In de economisch gedreven samenleving regeert de illusie, de leugen en de misleiding.
Het neurotische individu is chronisch op zoek naar momenten van ontlasting. Is chronisch op zoek naar momenten van verlichting. Ze zoeken chronisch naar momenten om zich gewiegd, getroost en omarmd te voelen. Om zichzelf zo aanvaard en als ‘Zijnsvorm” waardevol te weten. Sommigen laten zich wiegen, troosten en omarmen door macht , geld materieel bezit en positie op een denkbeeldige statusladder. Anderen laten zich wiegen, troosten omarmen door overdreven opgeblazen spiermassa’s, of overdreven sensueel gedrag of het volgen van modetrends of verschuilen zich binnen een sekte, een ‘gang’ of religie.
Weer anderen verschuilen zich achter ‘gelaatsmaskers’ of overdreven tatoeëring of in dwangmatig controle gedrag naar anderen toe of overdreven drang naar seks of worden ze workaholic. Er zijn er ook die zich chronisch in dienst stellen van de verzorging van anderen. Ergens met een diep verlangen op gelijke wijze terug gewiegd, terug verzorgd en terug omarmd te worden. De dwangmatige chroniciteit van het herhalende gedrag is de manifestatie van de neurose.

Het kenmerkende van een neurose is ‘ophanging’
Het is de ophanging aan dit herhalende en inflexibele gedrag dat de ‘gevangenschap’ van het individu weergeeft. De moderne westerse mens is een neuroot die volledig vastgeschroefd zit in de structuren van een systeem. En volledig afhankelijk gemaakt is van dat systeem en opgehangen is bezit van geld. Met, in dienst van dat ( hogere) doel, chronisch verstart en herhalend gedrag als expressie van de vastschroeving in het systeem.
De moderne westerse mens ‘bungelt’ en zoekt chronisch worteling om zich te zekeren. Het is de neurotische samenleving die neurotische individuen voortbrengt die verre van vrij zijn, zich verre van vrij voelen en zich verre van begrepen, aanvaard en van waarde (mogen) voelen. De neurose is zichtbaar in de ‘angst’ voor de ‘wereld’. Het is een soort ‘smetvrees’ dat zich uitdrukt in ‘angst’ voor de anderen. Deze angst brengt een ander aspect met zich mee. De angst voor de dood. Het vindt mede grond in het vervaagde lichaamsbesef van de moderne mens. De angst voor de dood is ook op te vatten als psychische castratie als resultaat van vernedering, verkrachting en afwijzing. De angst voor de dood, schenkt het hyperverlangen zich levend te willen voelen. Het drukt zich uit in een chronische hongerigheid naar de extase van adrenaline en de opwinding van dopamine shots.
De expressie van deze ‘angst’ is zichtbaar in de onverdraagzaamheid, is zichtbaar in het ‘bijterige’ en geagiteerde korte lontjes gedrag van mensen. Ze is zichtbaar in de chronische hulp-zoekerij, in de verschuilingen achter petjes, hoodies, zonnebrillen, tattoos, baarden en ‘headsets’. Het is een poging zichzelf te beschermen door zich van de ‘boze wereld’ af te sluiten. De expressie van angst, hoe vreemd dat ook mag klinken, is zichtbaar in de vervetting van het lichaam. Met name de vervetting van bovenbenen en heupen. Het is alsof de ziel zich met een harnas beschermen wil.
” Het vervagende lichaamsbesef schenkt een angst voor de dood en brengt een hyperverlangen in extase te willen leven.“
Ruud Elfers
De ‘angst’ voor de wereld kent het hyperverlangen bij de wereld te willen horende als tegenhanger . De drang van het individu zichzelf in de virtuele wereld van de dating sites en social media platforms in het licht te willen zetten is een van de uitdrukking van dit hyperverlangen. Het is een hyperverlangen dat wortelt in het gebrek aan organisch contact ( met de wereld). De chronische drang tot ‘selfie-’ en ‘kijk mij nou-shoots’ op social media zijn daarvan ook de manifestatie. En waar het gebruik van ‘foto-filters’ de ‘angst’ voor ( de mening van) de wereld zich presenteert.
Vanwege de ontkenning van zichzelf, het ‘camouflage’ gedrag en het aan zichzelf opgelegde leven in dienst van ( het hogere doel) en in de ‘afzondering’ van de wereld, zal de neurose zich onherroepelijk gaan uitdrukken in angst-, pijn-, slaap- en vermoeidheidssyndromen. Het zijn de uitdrukkingen van een ‘doodse’ ziel in ‘Freeze’. Waar de ‘bevriezing’ de expressie is van gevoelens zich geen raad meer te weten met de gejaagde stress en turbulenties die de moderne samenleving, via zijn chronische expansie ideologie, via zijn ‘groei de hemel in’, via zijn chronische ‘ontwikkel jezelf tot winnaar’, aan het individu oplegt.
De ‘freeze’ en het begeleidende ‘verstikkingsgevoel’, wordt door het neurotische individu gepareerd ( weggemoffeld) met chronisch gebruik van medicijnen, overdosissen kruiden en vitaminen preparaten, reinigingskuren, genotsmiddelen, tension release excercises ( TRE), ademhalingssessies, het verder opblazen van het ego ( pocherij, dikdoenerij of overdreven spiermassa’s ), het formuleren van affirmaties, opgeblazen auto’s , drang naar macht en het vergaren van bezit. Wie wat heeft stelt iets voor, is de gedachte
Het zijn de expressies van zijn gevangenschap. Het zijn de surrogaat oplossingen die voortkomen uit de dreiging voor vernietiging door de ‘wereld’ en het niet in staat zijn deze dreiging zelfstandig te dragen en adequaat af te weren. Het neurotische individu is het ‘gecastreerde’, ingesnoerde en bungelende individu dat zijn leven in verstikking leeft in een waas van wensbeelden. Een leven dat zwanger is van klachten, kwalen, pijntjes en psychische onzekerheden. Ze wortelen zo goed als allemaal in de gevoelens van verstikking, in de gevoelens van minderwaardigheid, van ontoereikendheid en van machteloosheid. De kwetsbaarheid voor deze gevoelens is ooit eens ergens in de baarmoeder of vroege jeugd is neergelegd.
Vrijheid is een oneindige ongebondenheid en tegelijkertijd ook een ongebonden oneindigheid. Vrijheid is ‘iets’ dat in oneindigheid ongebonden alom aanwezig is. En is het dan alom aanwezig dan overstijgt het de gevoelens bevrijdt ( van iets ) te zijn. Vrijheid is dan een ‘’Zijnsvorm’. Een toestand van hoog energetisch geladenheid oneindig vrij in het ‘Zijn’.
Het vrije individu is een tijdloos wezen.
Het vrije individu is een ‘tijdloos wezen’. Het vrije individu wordt gekenmerkt door begrip, aanvaarding, onbevangenheid, moeiteloosheid, stroming, flexibiliteit, veelzijdigheid, verdraagzaamheid, bescheidenheid, barmhartigheid, overgave, hoog energetische geladenheid, innerlijke vreugde en het naturelle vermogen te kunnen genieten. Het schenkt hem of haar geluk.
Het vrije individu wordt gedragen door zijn naturelle vermogen tot adaptatie. Het vrije individu bezit een naturelle symmetrie in denken, doen en laten. Het is de manifestatie van zijn heelheid. Die heelheid verwarmt zijn seksualiteit ( het vrouw of man voelen uitgedrukt in zijn lichamelijkheid) en verlicht zijn sensualiteit ( de shine, de gloed die het lichaam bij zich draagt en de uitdrukking is van het licht dat de ziel bezit.)
Het vrije individu bezit het vermogen te nemen wat voor hem of haar ( energetisch) goed is en heeft daar geen schuldgevoelens van. Het vrije individu is zelfredzaam, zelf-handhavend en zelf helend en is zich bewust van zijn eigen verantwoordelijkheid voor de aard en richting van zijn leven. Het vrije individu hoeft niet gedragen, niet verzorgd te worden en heeft geen overdreven behoefte gewiegd en omarmt te worden. Het vrije individu hoeft niet gezegd/geleerd te worden ‘accountable’ te zijn voor zijn daden. Dat is hij van nature. Hij draagt en verteert het leven geheel zelfstandig.

Het vrije individu staat voor wie hij of zij is, kan tegen de stroom in roeien en draagt immer zijn of haar toegenomen energie en wijsheid weer over aan de ander. Het vrije individu volgt het spoor van ‘waarachtigheid’. Zijn zelfverantwoordelijke zelfbepaling geeft hem het bewustzijn dat het enige waardvolle spoor dat er is, het spoor van het ontdekken van zijn ‘waar-achting’ is. Dat wil zeggen dat hij, in hoogachtende waarneming, zichzelf ‘waar’ acht. Waarmee hij in zelfbezit zichzelf lief heeft.
Die ‘Waar- Achting’ schenkt hem zelf bezit. Voor het vrije individu is er niets groters en waardevollers dan dat bezit van het ‘Zelf’. Het ‘Zelf’ is dat wat ‘Ik- Ben’. Dat wat ‘Ik-Ben’ bestaat uit een energetisch geladen en daarmee bezield lichaam. Het bestaat uit een construct van materie waarin iets ‘vluchtigs’ huist dat aan hem zijn levendigheid schenkt. Dat wat ‘Ik-Ben’ is de energetische macht die Ik bij me draag. Het is dat ‘Wat Ik Breng’. Het vrije individu is zichzelf ‘machtig’. Waardoor hij zichzelf ‘Al-machtig’ voelt.
Het vrije individu heeft zichzelf ‘bemachtigt’. Welke stressor hem ook tart, welke ongemak hem ook op de hielen zit, hij weet zich machtig genoeg het zelfstandig te weerstaan en op te lossen. De macht van het Zelfbezit schenkt hem zijn gevoelens alles machtig te zijn. Wat er ook gebeurt hij redt zichzelf, houdt zichzelf staande en herstelt als vanzelf.
Het spoor van ‘waarachtigheid’ gaat langs afgronden, door diepe dalen, over hoge pieken. Het spoor is niet gevrijwaard van ellende, pijn, afscheid, dood en verdriet. Het is juist dit spoor dat aan hem zijn ‘Al-machtigheid’ schenkt. Waardoor hij zijn eigen ‘Goddelijkheid’ vindt. De ‘waarachtige’ is vol begrip, accepteert onvoorwaardelijk, is trouw aan zichzelf en vol vertrouwen.

Het is zichtbaar in de vrijheid en vrede die hij bij zich draagt. Het drukt zich uit in bescheidenheid, verdraagzaamheid en barmhartigheid. Het is zichtbaar in de overgave aan het leven. De ‘waarachtige’ springt het leven in omdat hij de landing vertrouwt. De aanwezigheid van het ‘Al-machtige’ individu is voldoende om anderen tijdelijk te bevrijden. De energetische lading, de innerlijke vreugde, de verdraagzaamheid en vredige warmte die het vrije individu bezit, tilt mensen tijdelijk op.
Het ‘Zijn’ van het vrije individu toont zich in zijn ‘almachtigheid’. Niet zozeer in zijn ‘grootsheid’, die hij naturel bij zich draagt , maar vooral in zijn vermogen alles ‘machtig’ te zijn. Wat er ook gebeurt hij weet er raad mee. Het vrije individu bezit een hoog persoonlijk meesterschap wat zich uitdrukt in zijn vaardigheden, competenties, oplossing gerichtheid en adaptieve vermogen. Het meer of minder ontbreken van deze kenmerken ( van vrijheid) is een aanwijzing dat iemand opgehangen is en gevangen zit in gedrag waarvan hij maar niet loskomt.
Het neurotische individu is een chronisch zoekend individu dat chronisch de angst bij zich draagt niet te vinden wat het zoekt. Hoewel de meeste neurotici zich dat niet bewust zijn, is het vrijheid dat ze chronisch zoeken. Het is de extase van de vrije val van de sprong die ze zoeken. Die overgave aan de val zou hen gelukzaligheid schenken. Dat weten ze onbewust.
“In de overgave aan de vrije val zit de vrijheid verpakt“
Het is die vrijheid die zit in het vallen die hen geluk zou kunnen schenken. Ze vinden dat niet omdat ze er tegelijkertijd ernstig bang ( faalangstig) voor de landing zijn. Terwijl ze onbewust weten dat de accumulatie van sprongen en landingen aan hen zichzelf zal schenken. Met zelfbezit en ‘Al-machtigheid’ als resultaat. Maar de ‘opgehangene’ springt niet vanwege zijn ‘freeze’.
Waarmee de neurose zich in de herhaling en de verstarring van het gedrag toont. De neurotische mens is de gevangen mens, is de afhankelijke mens en is opgehangen aan zijn hyperverlangen te willen leven maar dat niet durft. Hoe harder iemand roept dat hij strijder is en nooit opgeeft of NOOIT bij de pakken neer gaat zitten des te meer geeft dat dit aan dat hij slechts een wensbeeld uitdrukt. Hij roept dat om vooral zichzelf ervan te overtuigen dat hij zo is. Waarmee hij zichzelf een surrogaat ‘Al-machtigheid’ toe-eigent. Het drukt zich uit in pocherij, in dikke nekkerigheid, in overdreven materieel bezit en rijkdom vergaren.
“Angst voor het gevreesde lokt het gevreesde uit en een hyperverlangen het gewenste te willen bereiken, sluit het gewenste uit.“
Ruud Elfers
De neurotische mens leeft in het onbewuste besef een gevangene van zichzelf te zijn.
Hoe groter de zorgzaamheid ( het willen dragen van – pijn-verdriet- anderen) of de dienstbaarheid van een individu is, des te meer geeft dat aan dat hij niet in staat is zichzelf te dragen, zichzelf staande te houden en zichzelf te handhaven. Hoe harder een individu roept dat hij dansend alles uit het leven haalt, des meer geeft dat zijn stilstand aan. Hoe meer een individu van de daken schreeuwt dat hij vrij is, des meer bevestigt dat zijn gevangenschap. Het hyper-verlangende bewegingloze individu creëert een façade rond en van hemzelf. Een façade die immer de uitdrukking van het tegenovergestelde bedekt.
Om de façade gestand en levend te houden ontwikkelt het hyper-verlangende bewegingloze individu rigide door verstand gestuurd en vaak dwingend gedrag waarmee het een schizoïde karakterstructuur ontwikkelt. In chronische afwending van de verlangens van zijn ziel. Een ziel die zich weliswaar via zijn gevoel emotie en intuïties aan zijn ego kenbaar maakt, maar die zich chronisch aan de kant geschoven en genegeerd voelt. Vanwege de disconnectie is het individu virtueel gespleten ( Schizoïditeit). Hij leeft niet alleen innerlijk gespleten. Maar ook in splijting, in afzondering van en met de wereld. In die afzondering voel het individu zich eenzaam, alleen gelaten en afgedankt. De wereld is zijn vijand ( geworden).
Het ontbreekt de gespleten mens aan moed om zich over te geven aan de ontmoetende ervaringen en de turbulenties van het leven. Hij wil ze zo graag ervaren en ontwikkelt een innerlijke hyperintentie deel te nemen maar de angst voor pijn weerhoudt hem zich over te geven aan de emoties die dat alles bij zich draagt. Hij verstikt zichzelf in een poging te leven. Waarmee het chronisch ‘proberende’ individu leeft in angst voor het leven. In het besef dat zijn tijd eindig is en hij maar niet opschiet met leven, ontwikkelt hij tegelijkertijd een angst voor de dood. Waarmee hij een hyperintentie ontwikkelt het leven stevig vast te willen houden.
Waar de vrije ziel het leven in al zijn facetten zelve is, zo drukt het leven van de neurotische mens zich ‘doods’ uit. Waar de vrije ziel zich overgeeft en falen, pijn en teleurstelling van zich afglijden laat , zo blijft de neurotische mens rigide, waakzaam en terughoudend en blijft hij falen, pijn en teleurstelling vermijden of vasthouden.
Angst lokt het gevreesde uit en een hyperintentie het verlangde te willen bereiken, sluit juist het bereiken van het gewenste uit. Waarmee het individu gevangen zit tussen de hyperintentie en het willen vermijden van pijn en falen. Het individu komt in een impasse terecht en gaat chronisch hetzelfde mislukkende gedrag herhalen. Waarmee het individu ‘bewegingsloos’ wordt. Niet alleen in psychische zin ‘bewegingsloos’. Ook letterlijk in lichamelijke zin bewegingsloos.
De bewegingsloze mens is in zichzelf gekeerd, reageert oppervlakkig, kent lage energie niveaus en klaagt over chronische vermoeidheid. Onzekerheid, ontevredenheid, gevoelens van ontoereikendheid en minderwaardigheid ontstaan doordat de ‘bewegingsloze’ niet (meer) in staat is zichzelf waardevol uit te drukken. Hij voelt zich op de één of andere manier geremd in het idee betekenis te kunnen hebben. Deze mens lijdt en kent geen of in ieder geval weinig geluk. Als je de bewegingsloze, neurotische mens goed in de ogen kijkt ontbreekt elke vorm van levendigheid, beweging en werveling. Hun ogen zijn doorgaans dof en ze kijken alsof er achter hun ogen niet zoveel gebeurt. Alsof het stil is in hen, vreemd stil. Geluk is het besef vrij te zijn. De bewegingsloze mens leeft in het besef gevangene te zijn.

” Als manifestatie van een lege huls wordt financiële rijkdom, macht en materieel bezit, verward met zelfvervulling.”
Ruud Elfers
Vrij te zijn is een door de natuur gegeven zielsverlangen.
Kinderen die in hun jeugd niet al te zeer genegeerd of geremd en gefrustreerd zijn geweest. Kinderen die niet al te ernstige ervaringen van afwijzing, onderdrukking of vernedering hebben gekend, zullen met een hoge mate van zorgeloosheid en openheid uitreiken naar het genot dat in het leven verborgen zit. Zij gaan op weg naar onbekende vuurtorens en kusten, experimenteren , analyseren, vragen , nemen tot zich, assimileren, groeien, wassen ( in wijsheid) aan en geven hun aanwas ( van hun wijsheid) weer terug.
Het doorlopen van deze groeicyclus zorgt voor een evenredige opname van en de uitgifte van energie en laat werveling ontstaan. Het is de wervelende mens die groeit en beweegt, maar nergens heen hoeft. Het is deze mens die geniet en vervult is. Het is deze mens die de kop en muntzijde van het leven kent. Het is deze mens die vertrouwt is met zijn eigen schaduw- en zonzijde. Het is deze mens die de gevoelstoestanden van de duif en de adelaar kent. Hij is overlappend Ying en Yang, maar net niet tegelijkertijd. Het is deze mens die door aanwas steeds weer aan betekenis wint. Zijn ogen twinkelen, zijn mond fluit en zijn voeten dansen. Hij wervelt door het leven. Deze mens is niet ziek te krijgen.
Elk individu heeft en zelfs samenlevingen hebben het verlangen vrij te zijn van restricties, vrij te zijn van keurslijven en dwang. Het is een door de natuur gegeven zielsverlangen. Het wil vrij zijn van schuldgevoelens als hij zijn hart volgt. In verbinding oneindig ongebonden zijn is de wens van elke ziel. Een individu dat deze ziel in zich herbergt, is een tijdloos wezen.
Echter de keuze voor zichzelf te kiezen, de keuze los te breken uit de dictaten, zich te verlossen van zijn ‘geweten’, roept de angst op aan een kruis gespijkerd te worden. Het roept de angst op als een melaatse afgezonderd te worden. Deze angst voor afwijzing en afzondering weerhoudt het individu of een samenleving het diepe in te springen en vrijheid en recht van zelfbeschikking te claimen. Het individu of een samenleving komt terecht komt in een situatie van hinken op twee benen. Het wil zo graag , maar durft niet. Het individu voet zich geremd in het bereiken van het gewenste met frustratie al resultaat.
Het individu of een samenleving ontwikkelt een hyperintentie het verlangde te willen bezitten, maar durft of kan dat niet kan. Het individu of een samenleving raakt verstrikt in een strijd. Spring ik wel of spring ik niet. Geef ik me over of trek ik me terug. Ga ik recht, fier en alleen of ga ik met gebogen hoofd in onderworpenheid door het leven. Ergens diep van binnen voelt het individu dat losbreken uit zijn ‘geweten’ gelijk is aan het bevrijdt worden van schuldgevoelens. Ergens diep van binnen weet het individu dat het gelijk is aan het vaarwel zeggen tegen zijn gevangenis en dat het een vaarwel zeggen is tegen de strijd.
Vrijheid lonkt, maar hij bevriest in zijn angst. Waarmee een innerlijke conflict geboren is met neurose als gevolg. Het individu leeft en is zeker niet dood. Maar hij leeft niet bevrijdt en zeker niet uitbundig. De angst om ( vrij) te leven, de angst het leven niet zelfstandig te kunnen dragen is de manifestatie van deze neurose. De moderne mens kan niet meer lijden, niet meer afzien en niet meer alleen zijn en is bang alleen te staan. De neurotische mens is slaaf van zijn onvermogen zichzelf te van zijn ‘ophanging’ te bevrijden. Hij wordt chronisch afhankelijk van zorg, steun en is chronisch op zoek naar omarming. Surrogaat omarmingen vindt hij in drank, drugs, materieel bezit, goeroes, therapeuten en het meedoen met de kudde
Deze mens heeft de neiging gemakkelijk kloon te worden van de ideologieën en de belangen van anderen. Waarmee het neurotische individu niet alleen slaaf is van zijn eigen onvermogen , maar tevens schaap is van de ‘herders’ die zich in de moderne samenleving uitdrukken via hun reclame en propaganda machine en via de marionetten die regeringen heten. Het is niet alleen het individu in een dictatuur dat in een neurotische angst voor het ( vrije) leven leeft. Het zelfde lot wordt aan het individu in de moderne economische democratie opgedrongen.
De moderne samenleving jaagt het individu op tot ongekende haast.
We kunnen er niet omheen dat onze complexe, hectische op massaconsumptie gerichte 24 uurs samenleving het individu onder grote prestatiedruk en ‘meedoen met de meute’ zet. De moderne onzekere, super flexibele door 24-uurs economie geteisterde samenleving jaagt het individu op tot ongekende haast. Ze eist chronische alertheid en het waarnemen van alle zich aan het individu aanbiedende kansen. De samenleving stelt steeds hogere eisen. Terwijl mensen aan zichzelf ook steeds hogere eisen stellen om maar niet de boot te missen. Om maar niet afvallig te zijn aan de ideaalbeelden die de samenleving aan hen opdringt.
Een ideaalbeeld dat het individu het gevoel meegeeft een goed burger te zijn als je een productief onderscheidend en succesvol leven leidt. Een ideaalbeeld dat een enorme ontplooi en groei ideologie heeft doen ontstaan. Op alle maatschappelijke gebieden zijn daarom als onze ambities enorm toegenomen. Op het werk moeten we ons ontplooien, het privé en gezinsleven moet de ultieme emotionele bevrediging schenken en de vrije tijd moet op interessante wijze besteed worden. Wie niet overal en nergens is geweest, heeft niets van het leven gemaakt, is de ondertoon.
De moderne groei-expansie-progressie en ontplooiing ideologie manifesteert zich individueel in carrière-denken en concurrentie-denken. Het huis, de auto en andere goederen geven onze plaats in de maatschappelijke pikorde aan en geeft luxe het individu het gevoel te leven in voorspoed en succes. Bezit en eigendom heeft bij de welvaartsmens een wezenlijke functie voor uitbreiding en stabilisering van het eigen ik. Wie wat heeft, stelt iets voor, is van waarde en ervaart welzijn. Het overdreven najagen van succes en de gerichtheid op bezit en eigendom is een aanwijzing van het bestaan van een neurose. De neurose schenkt een surrogaat gevoel van geluk voorspoed genot en welzijn.
De toenemende complexiteit van de samenleving met zijn lange leerwegen en gerichtheid op macht en bezit, leidt tot een psychische prikkelovervloed. De moderne mens gaat ‘swipend’ door het leven. Het individu leeft continu in tempoversnelling omdat het anders te laat is. Het moderne individu leeft chronisch in ontevredenheid met het heden, omdat het chronisch groeien moet.
Door de voortdurende stress ontwikkelt zich gemakkelijk een begeleidend fenomeen, namelijk de angst niet meer mee te kunnen komen, achterop te geraken, niet meer mee te tellen, buiten de boot te vallen. De chronische druk om in overspannen doelgerichte samenleving alle kanten van je fascinerende persoonlijkheid te ontplooien is eindeloos. De keerzijde is de angst te ontwikkelen onder de druk te bezwijken. Niet mee te tellen en als melaatse in afgezonderd te komen staan. Deze angst dwingt het individu zich in onderwerping en gehoorzaamheid, ja te knikken naar de machten van het systeem. Waar het graag over zichzelf zou willen beschikken. Het is de wortel van de neurose van de moderne samenleving. Het is deze neurose die de echte dreiging voor het individuele welzijn en gezondheid. Het is deze neurose die de echte pandemie is. De ziekelijkheid van de neurose is de uitdrukking van de ziekelijkheid van het systeem dat economische democratie heet. De neurose vernietigt zelfredzaamheid, zelf handhaving en zelfgenezing. Het vermoord daarmee het vermogen verantwoordelijkheid te nemen voor zichzelf en het gedrag van dat ‘Zelf’. De verzwakking van het zowel het lichamelijk als het psychische ‘Zijn’ is daarvan de manifestaties.
Ernstige vermagering, vasthouden van vocht, verlies van spier en bindweefsel structuren ( sarcopenie en osteoporose), pijnlijke gewrichten ( artrose-arthritis) en zichzelf niet meer staande kunnen houden zijn de kenmerken van ouderdom. Het zijn de voortekenen dat ‘magere Hein ‘ onderweg is. Waarna het skelet alles is wat rest in de dood.
Ondanks de volgevreten buiken, de vervetting, de dikke nekken en de blozende wangen leeft de moderne mens in anorectische torpor. Dat wil zeggen in ernstige vermagering, spier- en bindweefselzwakte, zwalkend bio-ritme, verstoorde thermoregulatie en psychische zowel als lichamelijke doodsheid. Het overgrote deel van de westerse bevolking heeft ‘magere Hein’ al in zijn systeem zitten. Klaar voor het verzorgingshuis en rijp voor de ‘stervensbegeleiding’ die we farmaceutisch zorgstelsel noemen.
De Nederlandse parlementaire democratie is een groot verzorgingshuis geworden.
De neurotisch geïnfecteerde psychisch en lichamelijk volledig verstarde bewegingsloze mens was en is rijp ( gemaakt) voor het volgende zetje van de door ‘derden’ goed geachte richting. De tijd is rijp voor een grote ommezwaai. De economie is al vele jaren op sterven na dood. Ze wordt al vele jaren kunstmatig in leven gehouden. Een drastische ommezwaai is werkelijk nodig. Dat leidt geen twijfel. De ommezwaai die het ‘Establishment’ voor ogen heeft, is echter niet de ommezwaai die het vrije en gezonde individu wenselijk acht.
De ommezwaai van het ‘Establishment’ is het verder uitbreiden van controle en het opwekken van kuddegedrag. De nano-technologische ontwikkelingen zijn inmiddels zover dat nano technologie de insnoering van de neurotische keurslijven strakker aangetrokken kan worden. Om de gewenste richting in te slaan bezorgen ze de anorectische torpor samenleving predatie-angst en smetvrees. Om vervolgens de samenleving hun kot in te jagen.
De hele 1,5 meter mondkapje en kot-injaag operatie is slechts een oefening in gehoorzaamheid. Om vervolgens met een vaccinatie programma en een testmaatschappij als oplossing voor het herwinnen van de vrijheid te komen. De snelle veranderingen van wetgeving zijn een sterke aanwijzing dat het ‘Establishment’ volledige controle wil bezitten. Het vrije individu kijkt in afschuw toe en wordt recalcitrant. Ze worden als ‘wappies’ aan het kruis gespijkerd, waar de neurotische torpor mens zich weer gerustgesteld voelt en volgzamer is dan ooit te voren. De Nederlandse parlementaire democratie is een groot verzorgingstehuis geworden. Waar met halfjaarlijkse vaccinatiespuitjes de stervensbegeleiding vorm gegeven wordt.

“In deze toestand van bewegingsloos gevangen ‘Zijn’ zal het individu nooit vinden wat het zoekt omdat het hoofdige neurotische jagende individu maar niet begrijpt wat het werkelijk zoekt en daardoor geen vat heeft op gevoelens van welzijn, welbevinden geluk en liefde”.
Ruud Elfers
Waarmee de tijd aanstaande is dat de komende generaties nieuwgeborenen niet beter weet dan dat een spuit hun leven redt en aan hen hun bewegingsvrijheid schenkt. Waarmee de neurose zich verdiept en de verstikking van de ophanging de anorectische torpor versnelt en magere Hein op bezoek gaat bij veel te jonge mensen. De stervensbegeleidingsspuitjes liggen al klaar. Waarmee het elitaire establishment, wie dat ook mogen zijn en waar ze ook uithangen, volledig controle hebben over het welzijn, de kwaliteit en de levensduur van de moderne mens.
Noch religie, noch het huwelijk, noch economie, nog een elitair establishment, noch geld, noch materieel bezit behoren de hoekstenen van een samenleving te zijn. Ze brengen slechts ellende, afgunst, haat, nijd, oorlog en neurotische ziektebeelden. De hoekstenen van een samenleving behoren begrip, verdraagzaamheid, vertrouwen en onvoorwaardelijke aanvaarding en overgave, kortom liefde te zijn.
Een samenleving die deze elementaire waarden als grootste goed uitdraagt, schenkt aan zijn burgers vrijheid. En daarmee geluk. Dat gevoel van geluk overstijgt het woord gelukkig zijn. Deze burgers wervelen en springen vol overgave het leven in omdat de extase van de sprong hen wervelen laat en ze de landing vertrouwen. Deze samenleving is niet ziek te krijgen. Psychisch niet en lichamelijk niet. Overdreven zorg en vaccinatie zijn overbodig. Een testmaatschappij zal never nooit wortelen in samenleving waarvan de zielen van de burgers fluiten, de ogen twinkelen, de voeten van dansen en de harten verliefd zijn op het leven.
